Proef met Limburgse Wensbus uitgebreid

De Wensbus is bedoeld voor dunbevolkte gebieden waar weinig vraag is, en waar in de nieuwe concessie geen grote bussen gaan rijden. De Wensbus, gereden door vrijwilligers, is geen buurtbus of belbus, en ook geen regiotaxi. Kenmerkend is dat de organisatie bij het dorp ligt, vaak de dorpsraad.

Gedeputeerde Patrick van der Broeck noemt de Wensbus ‘een mobiliteitsoplossing voor kleinere leefgemeenschappen’. Het initiatief past in het maatwerk dat de provincie voor ogen heeft voor verbindingen met weinig vervoervraag. De pilot toont aan dat er een behoefte is, zegt Van der Broeck. “De Wensbus in Schinnen had binnen drie maanden 250 gebruikers. Daarvan zei de man van Veolia in het begeleidingsteam: ‘dan hebben we hier toch wat laten liggen’. Neem het dorp Vredepeel, daar wonen 400 mensen, daar komt geen bus, daar is geen basisschool meer, nu is er de Wensbus." Het busje rijdt onder andere kinderen naar de basisschool in het naburige Merselo.

Aanvankelijk was het idee dat de Wensbussen vaste routes zouden rijden, gericht op de dichtstbijzijnde ov-halte. Maar dat bleek in de eerste pilots geen succes. Nu wordt er voornamelijk van deur tot deur gereden. Wie de Wensbus gebruikt verschilt per gebied, maar het zijn veelal ouderen. Marc Nabuurs van de dorpsraad Ven-Zelderheide: “Wij rijden veel naar de huisarts, naar de fysiotherapeut in Gennep, het ziekenhuis in Boxmeer. Bij het ziekenhuis kan je ook met een belbus komen, maar die maakt een enorme omweg.”

Het gebruik van de Wensbus ligt op gemiddeld 5 reizigers per dag. Dat komt overeen met de ingeschatte vervoerbehoefte in die gebieden voor de komende aanbesteding. De achtpersoons Mercedes-bus is in veel gebieden aan de ruime kant, vandaar dat in de nieuwe gebieden met kleiner materieel wordt gereden.

Van der Broeck ziet de Wensbus als een concept voor ‘de minihaarvaatjes’ van het ov-net. Voor heel Limburg is er ruimte voor 30 à 40 Wensbussen, denkt de Limburgse gedeputeerde. Voorlopig rijden de Wensbussen tot het eind van de lopende concessie in december 2016. Wat er daarna gebeurt, is aan de nieuwe vervoerder. De huidige pilot, in samenwerking met Veolia en de Vereniging van Kleine Kernen, was mogelijk dankzij het experimenteerartikel in de concessie.

De kosten zijn 352.500 euro voor de uitbreiding en 700.000 euro voor de verlenging. Van der Broeck: “Dat is inderdaad best veel geld. Maar dit is inclusief alle toeters en bellen van begeleiding, tankpassen, en alle mogelijke verzekeringen.”