Siemens en Alstom fuseren eind 2018

De Frans-Duitse railvoertuigenbouwer gaat Siemens Alstom heten. Siemens brengt zijn Mobility-poot in, in ruil voor 50 procent van de aandelen van Alstom, meldt Railway Gazette. Het hoofdkantoor voor het rollend materieel zou in de Parijse regio komen, en het hoofdkantoor voor de technische diensten zoals beveiliging in Berlijn. De twee partijen zijn al langer met elkaar in gesprek over een fusie.

Politiek signaal
Alstom en Siemens Mobility gaan samen omdat ze met ongeveer dezelfde activiteiten op voornamelijk hetzelfde continent actief zijn: in Europa. Volgens Siemens-topman Joe Kaeser geeft het fusiebedrijf ‘het politieke signaal af van versterking van het technologische ecosysteem in Europa, in tijden van populisme, nationalisme en op zichzelf gericht leiderschap’.

Alstom-topman Henri Poupart-Lafarge, de beoogde bestuursvoorzitter van het fusiebedrijf, vond het vooral tijd worden voor versterking van de Europese railsector om het hoofd te bieden aan de toenemende concurrentie uit China, Japan en Zuid-Korea. Siemens Alstom wordt de grootste treinenfabrikant van Europa en de nummer 2 wereldwijd, schrijft NRC, maar is dan nog maar half zo groot als de grootste treinenbouwer ter wereld: het Chinese CRRC.

Eerst leren lopen
Over een mogelijke fusie van drie railfabrikanten, inclusief het Canadese Bombardier, zei Joe Kaeser dat ‘je eerst moet leren lopen voordat je gaat rennen’. Siemens was ook al in gesprek met Bombardier, dat nu achter dreigt te raken.

Met de fusie van de twee railfabrikanten 'op basis van gelijkwaardigheid', komt een eind aan de strijd om Alstom, dat in 2014 dreigde te worden overgenomen door General Electric voor 12 miljard euro. De ruim 62.000 werknemers van Siemens Alstom zijn actief in meer dan 60 landen. Aan het portfolio van railvoertuigen dat beide bedrijven produceert, zou niets veranderen.