BRU past eisen trams Uithoflijn aan

Tramfabrikanten die inschrijven voor de levering van materieel op de Utrechtse Uithoflijn hebben niet langer een streepje voor als ze eerder trams in Nederland of Duitsland hebben geleverd.

Bestuur Regio Utrecht heeft die bepaling onlangs ingetrokken. De ov-autoriteit wekte ermee de indruk dat de tramprojecten in Nederland en Duitsland op een hoger plan staan dan in andere landen, terwijl de toonaangevende projecten de laatste jaren met name in Frankrijk waren te zien.

Voor het geschrapte selectiecriterium komt een nieuw in de plaats: 3 extra punten (op een totaal van 100) kan de leverancier verdienen als hij een veiligheidsdossier kan overleggen dat is goedgekeurd door een ‘Independent Safety Assessor’ (ISA). Een zogeheten ISA-statement per levering toont aan dat de leverancier over de gevraagde ervaring beschikt. BRU stelt dat Nederland en Duitsland een vergelijkbare toelatingsprocedure kennen. Over de toelatingsprocedures in andere landen – zoals in Frankrijk door het veiligheidsinstituut STRMTG – rept BRU niet. Met het overleggen van maximaal vijf ISA-statements voor even zo veel leveringen kan de leverancier maximaal 15 punten extra verdienen.

Een tweede wijziging in de aanbestedingsprocedure is dat BRU afziet van batterijen en/of ultracondensatoren in de trams. De voertuigen moeten de stroom betrekken van de bovenleiding. BRU handhaaft echter het selectiecriterium omtrent ervaring met batterijen en/of ultracondensatoren, omdat de trams ‘mogelijk in de toekomst’ worden uitgerust met ‘energiedragers’. Leveranciers kunnen maximaal 10 punten verdienen als zij elders al trams of bussen met energieopslag aan boord hebben geleverd.

De tramleveranciers kunnen zich tot 24 september bij het BRU aanmelden als gegadigden voor de prekwalificatieronde.