De Lijn onderzoekt mogelijkheid trambus

vrijdag 8 april 2016

timer 2 min

De Lijn gaat de mogelijkheden van een trambus onderzoeken op aandringen van Vlaams minister Ben Weyts van Mobiliteit. Het onderzoek richt zich op vier trajecten rond Brussel, Antwerpen en Gent.

Weyts liet de wens blijken tijdens een bezoek aan de Vlaamse bussenbouwer Van Hool. Die exporteert de dubbelgelede ExquiCity naar onder meer Frankrijk, Spanje en Luxemburg, maar in eigen land rijden ze nog niet.

Volgens Weyts is de dubbelgelede bus op een vrije baan mogelijk voor vier trajecten een oplossing als opstapje naar een tram. Het gaat om de trajecten Willebroek - Brussel-Noord, Jette - Zaventem, Kontich - Antwerpen-Berchem en een ringlijn om The Loop in Gent. Het zou een oplossing zijn om de trajecten op vrije baan al eerder van de grond te krijgen en ze op een later moment te vertrammen.

Weyts vindt dat de bussen meerdere voordelen hebben: ze zijn flexibeler, aangezien niet het hele vrijebaantracé in een keer te hoeft worden aangelegd en twee- tot driemaal goedkoper in aanschaf dan een tram. Zijn bezoek bij Van Hool ten spijt, zal een eventuele aanschaf van dubbelgelede bussen wel via een Europese aanbesteding moeten gebeuren.

Reizigersorganisatie TreinTramBus kraakt het plan van Weyts en zegt dat een trambus 'nooit een tram kan vervangen'. "Een trambus is geschikt voor middelgrote steden als Kortrijk of Leuven, maar niet voor Antwerpen, Gent, of de regio rond Brussel", zegt de club. Ze wijzen op de beperktere capaciteit van de bus en de kortere levensduur ten opzichte van een tram. Daarbij, zegt TreinTramBus: "De trambus is technisch gezien een bus met een mooi snoetje, en die slingert onvermijdelijk meer dan een tram op sporen."

Lees ook: Arnhem wil dubbelgelede trolleys

Vorige week, in de agglomeratie Parijs per OV reizend, was het een verademing om na een rit met Translohr-lijn T6 een rit te maken met tramlijn T3a, beide in het zuiden van Parijs. De tram: trillingloos zoevend over de rails, fraai aangelegd in een groene vrijliggende grasbaan. De Translohr, een poging om een geleed voertuig op rubberbanden op een railvoertuig te laten lijken, reed weliswaar snel, maar met continu hobbels en trillingen. Dankzij de geleidewielen, die door de ene verzonken middenrail op koers worden gehouden, is er geen sprake van zijdelings geslinger. Echter, de betonnen baan en mogelijk ook de matige vering, staan garant voor de onprettige loop van het geheel, kennelijk is beton toch niet zo glad te maken dat dit het comfort van wiel van staal op stalen rail van staal kan benaderen, laat staan evenaren. Om nog maar te zwijgen van het lelijk aanzien van de brede betonnen baan en het ongetwijfeld hogere energiegebruik door het rijden op rubberen banden versus het rijden op stalen wielen over stalen rails. Het is de vraag of het wijs is om met het Translohrachtig systeem frequent OV aan te bieden. Wellicht is het goedkoper, maar de ombouw naar een echte tram(baan) zal duur zijn en kapitaal vernietigend, en de afhankelijkheid van slechts een of twee leveranciers maakt exploitatie, onderhoud en reparaties kwetsbaar. Meer doordacht is te kiezen voor een bewezen concept, waarbij gekozen kan worden uit meerdere aanbieders!

Ingediend door C.T. van Sambeek op do, 14/04/2016 - 16:03