Nostalgisch gietijzer en bloemen
Het nostalgische beeld van stationnetjes met fraaie bloembedden en gietijzeren naamborden is steeds vaker te zien op Engelse secundaire spoorlijnen. Na een sluitingsgolf in de jaren zestig en sanering in de jaren zeventig zijn de overgebleven zijlijnen aan een opmars bezig.
De wedergeboorte van de typisch Engelse details op kleine stations is te danken aan een opmerkelijk fenomeen: Community Rail. Het is de verzamelnaam voor activiteiten die reizigers en omwonenden weer actief bij hun spoorlijn betrekken. Dit kan door het adopteren van een station of het oprichten van een lokale reizigersorganisatie, maar meestal gebeurt dit door het oprichten van een Community Rail Partnership. Dit is een lokaal samenwerkingsverband, georganiseerd rond een spoorlijn.
De eerste partnerships ontstonden in de jaren tachtig, bedoeld om het sluiten van een spoorlijn te voorkomen. Deze dreiging is inmiddels voorbij. Tegenwoordig ligt de nadruk op het verlagen van de kosten, het verhogen van de inkomsten, het mobiliseren van de bevolking en het ondersteunen van de lokale economie. Deze doelen zijn ook vastgelegd door het ministerie, het Department for transport.
Hoewel het nostalgische uiterlijk soms anders doet vermoeden zijn de partnerships geen museumspoorlijnen. Ze zijn altijd onderdeel van het reguliere openbaar vervoer. Aan de partnerships zijn altijd drie vaste deelnemers verbonden: infrastructuurbeheerder Network Rail, de regionale overheid en de spoorwegexploitant. Daarnaast doen vaak scholen, passagiersorganisaties, toeristenbureaus en lokale ondernemingen mee.
Veruit de meeste partnerships zijn georganiseerd rondom kleine landelijke zijlijnen. In stedelijk gebied en langs het hoofdspoor heet zo’n partnership een Community Rail Service. De nadruk ligt dan meer op de omgeving en het station en wat minder op de exploitatie.
Ondersteuning voor de partnerships komt van de Association of Community Rail Partnerships (Acorp). Deze organisatie helpt met het opbouwen van een partnership, geeft trainingen aan leden en fungeert als kenniscentrum.
Mooiste stationstuin
Partnerships proberen de spoorlijn op verschillende manieren te verbeteren. Zo werven ze vrijwilligers voor het onderhoud van stationsgebouwen en het opknappen van de omgeving. Regelmatig doen hier scholen aan mee, waardoor scholieren zich meer betrokken gaan voelen bij het station. Daarnaast organiseren de partnerships evenementen zoals een jaarlijkse feestdag en wedstrijden, zoals de mooiste stationstuin.
Vrijwel alle partnerships geven een biergids uit, de Rail Ale guide, met de leukste cafés rond de stations. Het lokale bedrijfsleven en de regionale overheden zijn eerder geneigd de activiteiten van een partnership te sponsoren dan die van een vervoerder. Sommige partnerships beperken zich tot deze taken en zijn dan niet veel meer dan een sympathieke club vrijwilligers.
Station Sleights ligt aan de Esk Valley Line in Noordoost-Engeland.
Door hun voorliefde voor bier en bloemen worden partnerships niet altijd even serieus genomen. Maar er zijn ook partnerships die de marketing professioneel aanpakken. De eerste maatregel is meestal het ontwikkelen van een merk voor de spoorlijn inclusief naam en logo (branding). Dit gebeurt enerzijds om de herkenbaarheid te vergroten, maar ook om mensen te betrekken met de spoorlijn. De exploitant kan na een aanbesteding wisselen. Door branding creëert een partnership een langdurige band tussen reiziger en spoorlijn en tussen spoorlijn en omwonenden. Spoorlijnen krijgen aansprekende namen als The lakes line, of the Esk Valley Railway.
Een andere marketingactiviteit is het voorlichten en werven van reizigers. Een partnership verspreidt de dienstregeling met tarieven en informeert over goedkope kaartjes en interessante aanbiedingen. Sommige partnerships gaan nog verder en voeren zelf combikaartjes in voor de trein en lokale attracties. Ze promoten bijvoorbeeld treindiensten door het aanbieden van een gratis rit aan hotelgasten.
Verkehrsverbund
De meeste partnerships laten het bij een combinatie van leuke activiteiten, branding en voorlichting. Enkele partnerships nemen echter ook de exploitatie van de stations over. Ze zorgen dan voor de kaartverkoop, en onderhoud en verhuur van de stationsgebouwen. Hiervoor richt het partnership meestal een bedrijf op en neemt het personeel aan.
Het rijden van de treinen blijft altijd in handen van de vervoerder, maar de partnerships krijgen daar in de toekomst wellicht meer invloed op. Het ministerie overweegt namelijk een proef te doen met een micro-aanbesteding. Hierdoor kan een partnership in de toekomst meebeslissen wie de treinen gaat rijden op hun lijn. De partnerships gaan zo op de Duitse Verkehrsverbunden lijken.
Het delegeren van verantwoordelijkheden naar de partnerships is een opmerkelijk fenomeen. Ondanks de privatiseringen houdt het ministerie in Groot-Brittannië zich nog gedetailleerd bezig met dienstregelingen en materieel. Door zeggenschap te delegeren krijgen de partnerships meer vrijheid dan lijnen die niet zijn georganiseerd. Ze kunnen dienstregelingen en tarieven beter afstemmen op de vraag en op ander lokaal ov.
In Stourbridge is een proef te zien met een people mover die op een korte zijlijn pendelt. De pilot is succesvol maar verdere plannen zijn in de ijskast gezet wegens bezuinigingen. Zo blijven de zijlijnen voorlopig fungeren als laatste werkplek van oud materieel. Dit hoeft geen probleem te zijn en draagt bij aan het laag houden van de kosten, zoals op de zijlijn naar Lymington. Daar rijden stokoude treinen geschilderd in de originele kleuren. De dienst werd enige tijd gepromoot als een tijdreis naar de jaren zestig. Network Rail draagt zijn steentje bij door waar mogelijk de infrastructuur eenvoudiger te maken, zodat de lijn goedkoper geëxploiteerd kan worden. Ook probeert Network Rail samen met het ministerie de lijn af te schermen van Europese eisen tot interoperabiliteit om verplichte investeringen te voorkomen. Dit kan natuurlijk alleen als het om een zijlijn gaat met weinig of geen doorgaand reizigers- of goederenvervoer.
De Slaithwaite Cricket Club sponsort het gelijknamige station.
Britse lessen
Het concept Community Rail is niet direct toe te passen in de Nederlandse situatie. Veel geïsoleerde zijlijnen kent Nederland niet en wedstrijden voor de mooiste stationstuin slaan hier waarschijnlijk niet aan. Wel kunnen bepaalde elementen ook in Nederland voor verbetering zorgen.
Ten eerste kunnen wij wat leren van de goede lokale samenwerking. In Nederland zijn veel partijen betrokken bij een station en een spoorlijn, maar geen enkele partij is hoofdverantwoordelijk. Stations en spoorlijnen moeten zich schikken in een groter geheel van standaardisatie zonder oog voor het lokale karakter. Samenwerking zou in Nederland erg welkom zijn: alle betrokkenen gaan bij elkaar zitten en praten over een specifiek station of een specifieke spoorlijn.
Een dergelijk samenwerkingsverband kan verbeteringen aanbrengen, aangepast aan de lokale situatie. Hierbinnen zou ruimte moeten zijn voor het schuiven met verantwoordelijkheden. Waarom is de beheerder van het bushokje voor het station meestal een andere partij dan de beheerder van het wachthokje op het perron? Waarom moeten alle stations in Nederland exact dezelfde uitstraling met exact hetzelfde meubilair hebben?
Een samenwerkingsverband kan efficiëntere regelingen treffen. Er moet ruimte zijn voor regionale differentiatie en creativiteit. De vaste deelnemers in het samenwerkingsverband zijn de vervoerder, ProRail, NS-Stations en de aanbestedende overheid. Daarnaast moet er ruimte zijn voor een ondernemersvereniging, een gemeente, een omwonendenvertegenwoordiging en een VVV.
Het voordeel van het ontwikkelen van een volledig partnership is dat er een partij ontstaat die hoofdverantwoordelijk is voor een specifieke lijn of specifiek station. Zo ontstaat een echte probleemeigenaar in plaats van een verzameling partijen die allemaal deels verantwoordelijk zijn, maar zich niet verantwoordelijk voelen voor het geheel.
Combikaartjes
Een ander interessant element van Community Rail zijn de vele aanbiedingen en combikaartjes die de partnerships lokaal met veel creativiteit ontwikkelen en promoten. Deze combinatie van ticketing en marketing is een steunpilaar van veel partnerships maar is in Nederland nooit echt van de grond gekomen. Afgezien van wat campagnes van NS promoot het ov zich nauwelijks meer.
Diversiteit in kaartjes is na een voorzichtige start enige jaren geleden inmiddels een stille dood gestorven. Na de invoering van de OV-chipkaart lijkt het idee te leven dat dit ook niet meer hoeft. Niets is minder waar. Op maat gesneden aanbiedingskaartjes en kortingen kunnen, mits goed gepromoot, mensen het ov in lokken. Waarom bestaan er eigenlijk geen goedkope kaartjes waarmee dorpsbewoners in de daluren met de bus naar het station kunnen en verder reizen met de trein naar de dichtstbijzijnde winkelstad?
Een ander voor Nederland interessant marketingelement is het invoeren van een eigen identiteit per spoorlijn. Enkele goede initiatieven zijn de Heuvellandlijn en de Vechtdallijn, maar deze komen uit de koker van de vervoerders. Het is maar afwachten wat er met deze concepten gebeurt zodra de vervoerder wisselt. Een concept zoals Breng, dat vanuit de decentrale overheid komt, maakt een betere kans, maar is erg gericht op de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Een inwoner van Dieren zou zich wellicht meer aangetrokken voelen tot Veluwezoomlijn, of iets dergelijks.
Lokale uitstraling
De belangrijkste les die Community Rail ons kan geven is dat partnerships er in slagen om de betrokkenheid van de reizigers en de bevolking bij hun station of spoorlijn te vergroten. De partnerships hebben de anonimiteit van het grote geheel weten in te ruilen voor een lokale uitstraling. Op deze manier worden de stations weer onderdeel van de gemeenschap. Ook in Nederland moet het streven zijn dat zoveel mogelijk mensen zich verbonden voelen met de spoorlijn. Die hoort er gewoon bij. Betere samenwerking, een eigen identiteit voor elke lijn en op maat gesneden kaartjes en aanbiedingen dragen hieraan bij.
Meer artikelen met dit thema
Op zoek naar rijdende treinen in Albanië
21 okt 2022Wie door Europa wil reizen met het ov ervaart veel hindernissen. Dat horen we vaker. Eén land spant daarbij de…
InnoTrans biedt genoeg stof tot nadenken
3 okt 2022In de week van 19 september werd dit jaar weer de grote internationale spoorbeurs InnoTrans in Berlijn gehouden…
Meer slimme verkeersveiligheids-oplossingen alstublieft
27 sep 2022In Nederland vallen de meeste verkeersdoden en verkeersslachtoffers in de bebouwde kom. Volgens de statistieken…
'Ov-branche kan méér met milieueffecten'
8 sep 2022In het ov draait ‘duurzaamheid’ vooral om de emissie van voertuigen. Maar meer milieueffecten zijn van belang…
Alstoms waterstoftreinen actief in Nedersaksen
1 sep 2022De Coradia iLint, de waterstoftrein van Alstom, wordt in Bremervörde in Nedersaksen ingezet op een traject met…
Krijgt het Duitse 9-euroticket een vervolg?
8 aug 2022In Duitsland kon u deze zomer voor 9 euro per maand onbeperkt met het ov, ter compensatie van de gestegen…
Boost aan Duits ov met ‘Neun Euro Ticket’
2 jun 2022Op 1 juni is in Duitsland het ‘Neun Euro Ticket’ ingevoerd. Drie maanden lang kan iedereen - ook mensen uit het…
Vlaanderen verdeeld over 'mobiliteitsrevolutie'
25 mei 2022Vlaanderen staat aan de vooravond van een trendbreuk met het verleden. Maar waar mobiliteitsminister Lydia…
Reactie toevoegen