Alles flex in het ov?
De recente opkomst van ‘Gorilla’-bezorgers illustreert duidelijk de continue ontwikkeling naar een flexibelere en meer vraaggestuurde maatschappij. Hoewel de markt voor flexibele ov-systemen hier minder vanzelfsprekend is dan elders in de wereld, ziet Nejc Geržinič van het Smart Public Transport Lab van de TU Delft mogelijkheden. Hij doet onderzoek naar het fenomeen.
Vraaggestuurd ov is niet per se iets nieuws. Ruim honderd jaar geleden waren er in de VS al vraaggestuurde diensten ter beschikking. Maar door onder meer ICT-ontwikkelingen is het aantal flexsystemen het laatste decennium sterk toegenomen. Australisch onderzoek naar systemen wereldwijd laat echter ook de grilligheid van de nieuwe flexsystemen zien: wereldwijd werd meer dan de helft weer gestopt. Naast relatief hoge (ICT-)kosten, worden (te) lage reizigersaantallen genoemd als belangrijkste reden.
Geržinič onderzoekt de (potentiële) markt voor flexsystemen. Hij ondervroeg ruim duizend mobilisten over hun (pre-corona) reisvoorkeuren in de stad voor ritten van circa 5 km. “Een opmerkelijke eerste bevinding was dat meer dan helft nog nooit van flexibel ov had gehoord. Voor korte stadsritten is de fiets het populairste vervoermiddel (55 procent). Met name het sterk kostenbewuste deel van de bevolking is ‘willing to share’ en een interessante doelgroep voor flexsystemen”, aldus Geržinič.
Eerder onderzoek uit het lab liet al zien dat ongeveer de helft van de bevolking bereid is om ritten te delen, mits daar iets tegenover staat zoals een kostenbesparing. “Voor gedeelde flexsystemen bestaat interesse bij zo’n 10 procent van de populatie. Individuele vraaggestuurde systemen, zoals Uber, zijn echter populairder. Zo’n 25 procent ziet die wel zitten. Het betreft dan met name jonge, hoogopgeleide reizigers met een hoog inkomen.”
De interesse in flexsystemen lijkt toe te nemen. Vervoerder EBS exploiteert bijvoorbeeld de DelftHopper en introduceerde onlangs in samenwerking met gemeente Nissewaard en opdrachtgever Metropoolregio Rotterdam Den Haag de Spijkhopper.
Jan Kees Korteweg, COO EBS: “Met flexsystemen kunnen we nog beter en verfijnder inspelen op de klantvraag. Door de vraaggestuurde opzet biedt het reizigers steeds meer vrijheid en ruimte voor individuele keuzes. Daarnaast kunnen de kleinere busjes efficiëntere routes rijden, met uiteindelijk zo min mogelijk milieubelasting.”
Geržinič benadrukt tot slot de waarde van inclusieve mobiliteit. “Flex ov kan daar een belangrijke bijdrage aan leveren. Dat gaat niet per se om dikke stromen, maar wel om de optie voor iedereen om je te kunnen verplaatsen in de stad. Dat is misschien nog wel de grootste waarde.”
Meer over dit onderzoek leest u hier.
Dit artikel is eerder gepubliceerd in OV-Magazine 4/2021. Wilt u OV-Magazine voortaan op papier of digitaal ontvangen? Neem dan een abonnement.
Reactie toevoegen