Ov-autoriteiten zijn de aangewezen partij om opdracht te geven voor ketendiensten als deelfietsen. De regie kunnen ze overlaten aan ov-bedrijven of zelf voeren.
Ov-autoriteit gaat ook over de keten
Dat is de belangrijkste conclusie van debatten over ketenvervoer op het event Mobility FFWD en een bijeenkomst van het Fietsberaad.
De concessie Amstelland-Meerlanden is de eerste ketenconcessie van Nederland. De Vervoerregio Amsterdam heeft ervoor gekozen om de ketenregie neer te leggen bij vervoerder Connexxion. Die gaat vanaf eind dit jaar onder meer ketendiensten als deelfietsen, deeltaxi’s (Abel) en Mobility as a Service (Whim) invoeren. Amsterdam legt de regie bij de vervoerder omdat die losse schakels aan elkaar kan smeden tot één geheel en dat sneller kan dan de overheid.
Ketenplan
Ook Zuid-Holland legt in de nieuwe concessie Drechtsteden, Alblasserwaard en Vijfheerenlanden om dezelfde redenen de regie bij de nieuwe vervoerder. Zuid-Holland wil een omslag van openbaar vervoer van halte naar halte naar vervoer van deur tot deur. Inschrijvende vervoerders kunnen zich onderscheiden met hun ketenplan: dat is goed voor maximaal 10 procent van de punten die ze kunnen verdienen. Als de vervoerder de keten regelt, vloeit automatisch een deel van de ov-subsidie naar ketenproducten als deelauto’s, deelfietsen en reisinformatie.
OV-bureau Groningen Drenthe zit op een ander spoor. “Wie garandeert mij dat de vervoerder die een ov-concessie wint ook het beste deelfietssysteem aanbiedt”, zegt directeur Jan van Selm. “Daarom gaan de provincies Groningen en Drenthe dat soort systemen zelf aanbesteden.” Aanbieders die niet zijn gelieerd aan een ov-bedrijf maken dan ook een faire kans.
Ketenregisseur
Bureau Mobycon heeft het Ketenplan Groningen en Drenthe geschreven voor de komende vijf jaar. Het OV-bureau gaat een speciale ketenregisseur aanstellen. Beleidsmedewerkers van ov-autoriteiten erkennen dat er nu geen beste keuze is voor ketenregie. De praktijk moet leren wat het beste werkt: bij de vervoerder of bij de ov-autoriteit. Gemeenten zijn vaak te klein en missen de directe link met het openbaar vervoer. En aanbieders zijn te versnipperd en willen niet altijd data delen.
Reactie toevoegen