Batterijbussen lijken geen grotere risico’s met zich mee te dragen dan dieselbussen. Wel zijn de risico’s anders. Dat blijkt uit een literatuurstudie van het Institituut voor Fysieke Veiligheid, de Vervoerregio Amsterdam en Schiphol Amsterdam Airport, gepubliceerd in Verkeerskunde.
E-bus lijkt niet gevaarlijker dan dieselbus
De Vervoerregio en de luchthaven wilden graag nader onderzoek naar de veiligheid van elektrische bussen, aangezien Connexxion er in de komende concessieperiode 100 gaat inzetten. Deze rijden onder meer door de Buitenvelderttunnel. Een kwantitatief onderzoek was nog niet mogelijk, omdat daarvoor nog onvoldoende gegevens zijn.
Uit een risico-inventarisatie kwam naar voren dat een zogenaamde ‘thermal runaway’ het grootste risico is bij batterijbussen. Hierbij kunnen door zelfverhitting brandbare gassen vrijkomen die bij voldoende zuurstof en een ontstekingsbron tot ontbranding kunnen komen. Intrinsiek veilige lithium-ionbatterijen (die het meest toegepast worden) zijn er nog niet.
Ook zijn er chemische gevaren, vanwege de gevaarlijke stoffen die in batterijen gebruikt worden. Dit speelt bijvoorbeeld een rol bij lekkage van een batterij waarbij het vloeibare elektrolyt vrijkomt. Daarnaast leveren batterijen elektrische gevaren op. Batterijen leveren immers spanning en door het in serie schakelen van meerdere batterijcellen kunnen grote vermogens worden bereikt.
De gevaren lijken echter niet groter dan de risico’s bij dieselbussen. Vanwege de beperkte gegevens, bevelen de onderzoekers aan om verder onderzoek te doen naar technische en menselijke eigenschappen in tunnels.
Lees het hele onderzoek met bronnen op Verkeerskunde.
Reactie toevoegen