Alternatieven voor de auto: kansen en barrières
In coronatijd waren ze even weg, maar inmiddels zijn ze weer onderdeel van de dagelijkse nieuwsbulletins: files. Elke dag stappen duizenden forenzen in hun auto om naar hun werk te gaan. Wat beweegt deze mensen en waarom kiezen ze voor de auto? Staan ze open voor een andere manier van reizen? Dat onderzocht een consortium bestaande uit Keypoint, Inno-V en Moventem in opdracht van SmartwayZ.NL.
Het doel van SmartwayZ.NL is om Noord-Brabant en Limburg duurzaam bereikbaar te houden. “Dat doen ze deels met slimme oplossingen op het gebied van infrastructuur en mobiliteit én deels met structurele gedragsverandering, om automobilisten ertoe te brengen om te kiezen voor alternatieve vervoersmiddelen”, vertelt Maarten van Setten. Namens Moventem fungeerde hij als projectleider bij het onderzoek. Zijn collega Carien Ensing en Jan-Jaap de Vlieger van inno-V waren vooral bij de uitvoering en analyse betrokken.
Structurele gedragsverandering
“We willen een structurele gedragsverandering teweegbrengen”, geeft Rick Baggermans van SmartwayZ.NL aan. “Dus uit de auto en juist meer fietsen, ov, wandelen of thuiswerken. We wilden met dit onderzoek erachter komen wat de automobilist motiveert om voor deze alternatieven te kiezen en welke barrières ze zien.”
Het onderzoek richtte zich op de in Zuid-Nederland woonachtige forens die met de auto naar het werk gaat. De vraag is waarom deze persoon wel voor de auto kiest en niet voor een alternatief als de fiets, het ov of voor thuiswerken. “Dat is geen nieuwe vraag”, erkent Van Setten. “Het unieke van dit onderzoek is dat het representatief is door de hoge aantallen respondenten. Bovendien hebben we voor elke modaliteit dezelfde vragen gesteld en dat heeft ons heel duidelijke inzichten gegeven.”
Aanbod alternatieven is bepalend
In totaal werden zo’n 6.500 mensen bevraagd die via een consumentenpanel, overheidspanels en telefonisch werden bereikt. “Volgens mij kun je wel zeggen dat in Zuid-Nederland relatief veel mensen kiezen voor de auto. Verder zien we dat het aanbod aan alternatieven bepalend is voor de bereidheid om de auto te laten staan. In stedelijk gebied is dat aanbod groter dan in landelijk gebied”, aldus Jan-Jaap de Vlieger.
- Maarten van Setten, Moventem: ‘Eén van de belangrijkste inzichten was dat je vooral niet moet proberen om tegen de stroom in te zwemmen’
Het doel van het onderzoek was om de belangrijkste motivators én barrières in kaart te brengen voor alle modaliteiten. Daarnaast werd in kaart gebracht welke groepen mensen het meest openstaan voor alternatief vervoer. Met deze inzichten kunnen vervolgens gerichte interventies worden gedaan door SmartwayZ.NL.
Niet tegen de stroom in
Het onderzoek leverde een schat aan informatie op, zegt Van Setten: “Een van de belangrijkste inzichten was dat je vooral niet moet proberen om tegen de stroom in te zwemmen. We weten nu welke groep we beter buiten beschouwing kunnen laten en op wie we ons wel moeten richten met interventies.”
Baggermans: “Uit het onderzoek blijkt dat 70 procent van de automobilisten open staat voor anders reizen of thuiswerken. Dat is een enorme kans. Het onderzoek laat tevens zien waar het beste op ingezet kan worden. Denk hierbij aan het combineren van verschillende variabelen. Zo weten we bijvoorbeeld dat hoogopgeleide 18 tot 30 jarigen die tot en met 15 kilometer van het werk wonen het meest open staan voor het gebruik van de elektrische fiets. Tegelijkertijd weten we ook waar de motieven en weerstanden liggen voor het gebruik van de elektrische fiets.”
Helft autoritten kan met de fiets
“Het onderzoek geeft ons superveel relevante informatie”, gaat Baggermans verder. “Wat ik zelf interessant vind, is het gegeven dat de helft van de autoritten qua afstand prima met de fiets hadden gekund. Dat illustreert nog maar eens de noodzaak voor die gedragsverandering. Want er is gewoon een alternatief. Als we 10 procent van deze groep weten te overtuigen de fiets te pakken, halen we 2,5 procent van de autoforensen van de weg. Dat zou wellicht de files kunnen verminderen, maar doorstroming op de weg is nooit het doel geweest van dit onderzoek. Dat is de mobiliteitstransitie. Een belangrijkere impact is: minder uitstoot, minder brandstofverbruik en een gezondere, fijnere plek om te leven.”
Duurzaamheid belangrijke trigger
De alternatieven voor de auto zijn grofweg te verdelen in drie categorieën: het openbaar vervoer, de (elektrische) fiets en thuiswerken. Van deze drie lijkt het ov, en dan met name de bus, de minst kansrijke modaliteit. De fiets heeft een positiever imago, vooral bij de milieubewuste autogebruiker. Daarnaast wordt de fiets gelinkt aan gezondheid. De lage snelheid van de fiets zou een barrière kunnen zijn.
- Rick Baggermans, SmartwayZ.NL: ‘Uit ons onderzoek blijkt dat 70 procent van de automobilisten openstaat voor anders reizen of thuiswerken’
“De uitkomsten van het onderzoek hebben mij niet erg verbaasd”, geeft Baggermans aan. “Hoewel ik het wel schokkend vond dat het ov zo’n slecht imago heeft. Verder vond ik het bijzonder om te zien dat duurzaamheid voor veel mensen belangrijker is dan ik had gedacht. Dat kan een belangrijke trigger zijn, vergelijkbaar met vliegschaamte.”
SmartwayZ.NL beslaat zeven verschillende regio’s in Noord-Brabant en Limburg. De verschillen tussen deze regio’s zijn minimaal, geeft Baggermans aan. “We dachten dat die verschillen groter zouden zijn, maar het onderscheid zit vooral in dingen als het niveau van verstedelijking. De achtergrond of cultuur van mensen heeft geen echte invloed op hun motieven om de auto te gebruiken. Daarom zouden de resultaten van dit onderzoek naar mijn idee ook prima landelijk kunnen worden gebruikt.”
Gerichte interventies
Nu de uitkomsten van het onderzoek bekend zijn is de volgende stap het maken van een samenvatting, om ze vervolgens te vertalen naar gerichte interventies. Baggermans: “We zijn al bezig met het uitrollen van een interventie gericht op thuiswerken in Zuidoost-Brabant. Dit gaan we in januari en februari testen en in de loop van 2023 verwachten we daar de resultaten van. Het mooie van dit onderzoek is dat we dit kunnen baseren op echte data, terwijl er nu heel vaak iets wordt ontwikkeld op basis van wat we denken.”
Dit artikel is eerder gepubliceerd in OV-Magazine 4/2022. Wilt u OV-Magazine voortaan op papier of digitaal ontvangen? Neem dan een abonnement.
Reactie toevoegen