Perronhoogte splijt Duitsland weer in twee

DB heeft het plan opgevat om 1600 perrons in Saksen, Saksen-Anhalt en Thüringen op te hogen van 55 centimeter naar 76 centimeter. Daarmee zouden de perronhoogtes op gelijke hoogte komen met het Westen. De toenmalige DDR koos voor een perronhoogte van 55 centimeter omdat er veel dubbeldekkers op het spoor reden met een lage instap. West-Duitsland, waar veel enkeldeks materieel reed, koos voor 76 centimeter.

In 2011 besloten DB en de deelstaten nog dat het verschil gehandhaafd zou blijven. Maar volgens een rapport dat in handen is van de Mitteldeutscher Rundfunk wil DB nu toch naar één hoogte: 76 centimeter. In de oostelijke deelstaten klinkt gemor. Het ophogen van de perrons zou tot 1,1 miljard euro kosten, terwijl de reiziger er vaak helemaal niet bij gebaat is.

Zo heeft NS-dochter Abellio, die in Hessen, Thüringen, Nedersaksen, Saksen, Saksen-Anhalt rijdt, sinds 2015 splinternieuw materieel aangeschaft met een gelijkvloerse instap op 55 centimeter. Op verreweg de meeste stations stoppen geen treinen van DB, die aangepast zijn op 76 centimeter. Waar het verschil toe kan leiden, wordt pijnlijk duidelijk op grotere stations, zoals Leipzig. Daar zijn de perrons al opgehoogd en hebben rolstoelgebruikers assistentie nodig om de trein uit te komen. Het ombouwen van de treinen is volgens Abellio onmogelijk.

De deelstaten willen daarom af van het plan en vasthouden aan hun eigen perronhoogte, maar DB wil daar voorlopig niets van weten. Die verwijzen naar reglementen. Wel geven ze aan dat de ombouw pas voorzien is vanaf 2030. Dat is echter voor de afschrijvingstermijn van de huidige treinen.