Stijgende kilometerprijs 2023 baart ov-regio’s zorgen

De Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) maakte vorige week bekend de landelijk vastgestelde prijsstijging van 7,24 procent in 2023 door te rekenen in de ov-kilometertarieven. Ook het OV-bureau Groningen Drenthe heeft dat voornemen - tegen wil en dank. Vervoerregio Amsterdam besluit later deze maand, maar hoopt de reiziger tegemoet te kunnen komen.

De MRDH maakte onlangs bekend het landelijk vastgestelde kilometertarief te verhogen conform de landelijke tarievenindex (LTI) van 7,24 procent. De consumentenorganisaties hebben positief op deze tariefverhoging gereageerd, Daarmee stijgt het kilometertarief in de regio Haaglanden naar 18,7 eurocent, terwijl het kilometertarief in de regio’s Rotterdam en Voorne-Putten naar 16,6 eurocent gaat.

Vervoerders RET, HTM en EBS nemen deze prijsstijging door in hun kilometertarieven. HTM-woordvoerder Marijke Poppelier stelt dat de vervoerder weinig keuze heeft: “De inflatie is enorm, de energiekosten en personeelskosten stijgen ook, en de reizigersinkomsten zijn nog niet terug op het oude niveau. Het Metrocov begrijpt dan ook dat we onze tarieven wel moeten verhogen. We verlagen we de tarieven op kinderkaartjes, in de hoop daarmee toch meer reizigers te verwelkomen”

'Kiezen tussen twee kwaden'

Het OV-bureau Groningen Drenthe laat weten dat het voorstel om de meeste tarieven met 7,24 procent daar te verhogen, nog als voorstel bij de consumentenorganisaties ligt. Eind november moet het bestuur de tarieven definitief vastleggen.

“De landelijke index is gebaseerd op alle kostenstijgingen. Je kunt besluiten dat niet te volgen, maar dan raken de inkomsten verder achter op de toegenomen kosten en moet je bijvoorbeeld besluiten verder in te krimpen op de dienstregeling. Het is kiezen tussen twee kwaden, we voelen ons met de handen op de rug gebonden.” In de regio is onvoldoende financiële reserve om de prijsstijging zelf op te vangen. “We verwachten dat consumentenorganisaties dat begrijpen.”

Nek uitsteken

De Vervoerregio Amsterdam stelt de prijsstijging nog te moeten bespreken in de regioraad en dus ook nog moet voorleggen aan de consumentenorganisaties. De ov-autoriteit kan niet alle prijsverhogingen zelf laag houden, maar heeft wel het voornemen te kijken of de reiziger iets tegemoet gekomen kan worden. Daarover wil het ook met het Rijk in gesprek.

Iedereen wil btw-verlaging

Alle partijen geven aan dat de prijsverhogingen niet helpen om de reiziger terug te winnen. Het ov-aanbod verschraalt in 2023 en hogere tarieven jagen mensen het ov uit. Daarom willen zij het liefst dat het landelijke btw-tarief, nu 9 procent, naar 0 procent gaat. Reizigersvereniging Rover en branchevereniging OV-NL riepen eerder al het kabinet op aan deze oproep gehoor te geven.

“Wij vragen het kabinet om voor de burgers het reizen met het ov betaalbaar en aantrekkelijk te houden. Het verlagen van het Btw-tarief op de ov-kaartjes van 9 naar 0 procent is een eenvoudige maar effectieve maatregel die het ov-gebruik voor de reiziger binnen handbereik houdt.”