TNO: elektrische bussen worden beter

Net zo betrouwbaar als dieselbussen in de dagelijkse exploitatie zijn elektrische bussen nog niet, constateert TNO in het rapport ‘Inzetbaarheid van Zero Emissie Bussen in Nederland’. Toch kiest de overheid zonder aarzeling voor uitstootloze bussen. Het Rijk, decentrale overheden en de Stichting Zero Emissie Busvervoer hebben afgesproken dat voor 2025 de zero-emissie-eis in alle ov-concessies is opgenomen. In dat jaar moeten alle 5000 bussen dus elektrisch rijden.

Om de juiste keuzes te kunnen maken, heeft TNO in opdracht van het ministerie van IenM metingen uitgevoerd aan vier verschillende elektrische bussen: een hybride bus, een plug-in hybride, een batterijbus en een waterstofbus. Dat deed het onderzoeksinstituut in het kader van het innovatieprogramma ‘Pilotprojecten Openbaar Vervoer per Bus’ dat vorig jaar is afgerond. Naast die vier bussen heeft TNO ook nog twee van de nieuwste batterijbussen getest.

TNO concludeert dat de zes onderzochte bussen nog niet echt inzetbaar zijn voor de zwaarste toepassingen in het ov. Wel ziet het instituut de toekomst zonnig in doordat de batterijtechnologie, het snelladen en het tussentijds opladen beter worden. Belangrijk is dat komende jaren vaak en veel getest wordt en dat de resultaten beschikbaar komen voor alle betrokkenen, adviseert TNO.

De zes bussen zijn geanonimiseerd opgenomen in het rapport omdat het ging om de inzetbaarheid van elektrische bussen en niet om het testen van producten. Drie van de zes bussen waren prototypes.

Uit het onderzoek komt naar voren dat de plug-in hybride en de batterijbus goed scoren met een grote actieradius. De gewone hybride bus kan op zijn kleine batterij veel minder ver en bovendien niet harder rijden dan 30 kilometer per uur.

Bussen met een grote batterij, met een range-extender en op waterstof zijn in vergelijking met dieselbussen zwaarder en kunnen daardoor minder passagiers meenemen. Voor een 12-meterbus kan dat 35 passagiers schelen op totaal 90 tot 100 passagiers.

De buitentemperatuur heeft een behoorlijke impact op het energieverbruik en de actieradius van elektrische bussen. De energie die nodig is voor het ventileren, koelen en verwarmen van een bus kan oplopen tot 60 procent van het verbruik. Efficiëntere systemen zijn al wel in ontwikkeling.

In tegenstelling tot een dieselbus heeft een elektrische bus in de stadsdienst minder last van veel stoppen en optrekken omdat tot 40 procent van de remenergie kan worden teruggewonnen. De rijstijl van de chauffeur is wel van belang. Niet gedoseerd remmen kan de batterijen tot 30 procent eerder uitputten.