IenW verlengt coronavergoeding tot eind 2022

donderdag 14 april 2022

Ov-bedrijven kunnen ook in het laatste kwartaal van 2022 rekenen op financiële steun van het Rijk. Dat heeft staatssecretaris Vivianne Heijnen van IenW namens het kabinet besloten op donderdag 14 april. Hiervoor wordt zo'n 140 miljoen euro gereserveerd. Voor 2023 is nu nog niets bekend.

De beschikbaarheidsvergoeding (BVOV) wordt doorgetrokken tot het einde van het jaar. "Met dit besluit is er voor de reizigers en vervoerders zekerheid dat het ov-aanbod het hele jaar op peil kan blijven”, zegt Heijnen. Nu de coronabeperkingen zijn opgeheven, keren steeds meer reizigers terug in het openbaar vervoer. Toch is het niveau nog niet op dat van voor de coronacrisis.

De staatssecretaris geeft aan het van belang te vinden om het ov-niveau in stand te houden en daarom de vergoeding te verlengen. Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) verwacht dat het aantal reizigers in 2022 gemiddeld op 88 procent ten opzichte van 2019 uitkomt en daarom is de vergoeding voor september, oktober en december 2022 vastgesteld op 140 miljoen euro. Daarnaast kijkt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat samen met de sector naar acties om reizigers opnieuw voor het ov te winnen.

Reizigers keren langzaam terug

Nadat de coronacrisis in maart 2020 uitbrak en reizigersinkomsten terugvielen, riep voormalig staatssecretaris Stientje van Veldhoven in juni 2020 de beschikbaarheidsvergoeding (BVOV) in het leven. Dankzij deze regeling krijgen ov-bedrijven hun kosten grotendeels vergoed en blijft het fijnmazige ov-netwerk voor de reiziger behouden.

De regeling ‘ademt mee’ met de reizigersinkomsten, wat betekent dat de vergoeding aan de ov-bedrijven afneemt naarmate er meer mensen met het ov reizen. In 2020 hebben vervoerders 1,2 miljard aan vergoeding gekregen en in 2021 1,4 miljard. De voorspelling van het KiM is dat in 2023 het aantal reizigers in het openbaar vervoer op 97 procent van het aantal in 2019 uitkomt.

Kritisch

Eind vorige week stuurde decentrale opdrachtgevers in het ov nog een brandbrief aan Heijnen, omdat er nog geen nieuw akkoord was bereikt. Zij uitten hun zorgen, omdat de vervoerders zonder vergoeding tot 30 procent in hun aanbod zouden moeten schrappen. Dat zou desastreuze gevolgen hebben voor de komende jaren.

Die zorgen zijn de wereld nog niet uit. Over een eventuele vergoeding voor 2023 is namelijk nog niets bekend. Mogelijk hangt dit samen met de nieuwe prognose van het KiM, die in juni wordt verwacht. Decentrale overheden en reizigersvereniging Rover zijn daar kritisch over. Zij vrezen dat de reizigers minder snel terugkeren in het ov dan het KiM en IenW verwachten en dat het ov-aanbod in 2023 alsnog teruggeschaald moet worden, laat Rover-directeur Freek Bos weten.

Marc Rosier, ov-directeur van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, twittert als volgt: