Ov-sector vreest 15% afschaling en vraagt Kamer om actie
Als de Tweede Kamer niet ingrijpt, dreigt het ov-aanbod tot 2025 met 10 tot 15 procent af te nemen. Dat staat in een brandbrief, die alle gedeputeerden samen aan alle politieke partijen stuurden. De fracties worden opgeroepen het kabinet te vragen tot een maatregelenpakket te komen. Dat pakket ligt er bovendien al.
De brief, die in het bezit is van OV-Magazine, is ondertekend door gedeputeerden van alle twaalf provincies en de voorzitters van de twee vervoerregio’s en het OV-bureau Groningen-Drenthe en deze is verstuurd naar alle fractievoorzitters en ov-woordvoerders in de Tweede Kamer.
De gedeputeerden schrijven in hun brief dat het niveau in 2019 tot nu al 10 tot 15 procent is gedaald en dat dreigt in 2024 en 2025 opnieuw te gebeuren. De ondertekenaars roepen de Kamer op, het kabinet te vragen tot een samenhangend afsprakenpakket te komen met de ov-partners om verdere neergang te komen. Daarbij is voor 2023, 2024 en 2025 een Rijksbijdrage van 1 miljard euro nodig. Ook de ov-bedrijven, reizigersorganisaties en decentrale overheden moeten dan maatregelen nemen.
Ov-urgentie
Het geschetste afsprakenpakket ligt er bovendien al. In de zomer van 2022 zag het Nationaal OV-Beraad (NOVB) alle maatschappelijke vraagstukken van het moment aankomen. Daarop werd op 16 februari 2023 een OV-urgentieconferentie georganiseerd. Tijdens de conferentie was ook staatssecretaris Vivianne Heijnen aanwezig.
Daarbij werd een samenhangend pakket aan maatregelen aan het kabinet gepresenteerd, om als ov-sector maatschappelijke vraagstukken het hoofd te bieden en uit het ‘dal’ te klimmen. De aanwezigen spraken na afloop uit te streven om het pakket te ‘harden’ en tot collectieve besluitvorming te komen. Destijds moest nog blijken of staatssecretaris Heijnen de financiële middelen hiervoor kon vrijmaken.
Welke afspraken werden voorgelegd?
De sector stelt voor om het voorzieningenniveau op peil te houden, ondanks kostenverhogingen, door:
- in 2024 gezamenlijk ruim 150 miljoen euro aan decentrale middelen beschikbaar te stellen, ondanks het afgeschaalde aanbod;
- de vervoerbedrijven te compenseren voor gestegen energieprijzen met een Rijksbijdrage van ongeveer 100 tot 120 miljoen euro;
- de indices van de Brede Doeluitkering (BDU) en het provinciefonds vanaf 2024 volledig door te voeren;
- waar mogelijk en met behoud van het voorzieningenniveau aanvullende vervoerkundige optimalisaties door te voeren;
- publieke werkgevers werk te laten maken van mijden en spreiden, waarbij werknemers buiten de spits te laten reizen;
- de Rijksbijdrage voor studentenvervoer in 2024 niet te korten op basis van (niet representatief) reisgedrag in 2022 en 2023;
- in 2024 te beginnen met een landelijk programma ov-doorstroming, om het tram- en busvervoer de komende jaren 10 procent te versnellen via op doorstroming gerichte verkeersmaatregelen en kleinere investeringen (op basis van 50/50 cofinanciering rijk/regio). De ontstane exploitatievoordelen voor vervoerder kunnen vanaf 2025 terugvloeien naar verdere doorstromingsbevordering in het ov.
De aantrekkelijkheid en betaalbaarheid van het ov voor reizigers kan verhoogd worden, door:
- in 2024 een groenabonnement te introduceren naar Duits voorbeeld. De ov-bedrijven zouden hiervoor een voorstel ontwikkelen. Bij een goed voorstel is het Rijk bereid hieraan bij te dragen en door abonnementen te koppelen aan het programma OVpay, ontstaat een impuls om de huidige OV-chipkaart om te zetten naar de bankpas;
- werk te maken van de aangenomen Kamermotie (De Jong - Van Ginniken) om ov voor werknemers fiscaal gezien net zo gemakkelijk te maken als lease-rijden. Dat kan budgetneutraal;
- de uitvoeringskwaliteit van het ov weer omhoog te brengen. Concessiebeheerders gaan dat scherper bewaken;
- een publiekscampagne te starten, te betalen door de NOVB-partners. Reizigersorganisaties ontwikkelen een inspirerend initiatief: samen op reis naar een vanzelfsprekend ov voor reizigers.
De personele vraagstukken in het ov zijn primair een zaak van de ov-bedrijven, maar de decentrale overheden zijn bereid ondersteuning te bieden. Accepteren van Engels als tweede voertaal in het ov past daar bijvoorbeeld bij. Ook een gesprek over een aanpassing van de nu toegepaste indices willen de DO’s niet op voorhand uit te weg gaan. Maar wel te voeren vanuit feiten en mogelijkheden.
Somber vooruitzicht
Dit maatregelenpakket heeft de eindstreep alleen niet gehaald, schrijft Jan van Selm in zijn column voor DOVA, omdat het kabinet financieel niet kan bijdragen. Hij verwacht dat het aantal dienstregelingsuren voor het decentrale ov van 17 miljoen in 2019 gaat dalen naar 13 miljoen in 2024 en 2025. De decentrale overheden komen een gezamenlijk bedrag van 250 miljoen voor 2023, 300 miljoen voor 2024 en nog eens 300 miljoen voor 2025 tekort.
Een achteruitgang van het aantal dienstregelingsuren van 25 procent, maakt zelfs ‘geboren optimist’ Van Selm somber, schrijft hij. “Als de Tweede Kamer nu niet ingrijpt en we werkelijk afstevenen op ruim 4 miljoen regionale DRU’s minder in 5 jaar tijd laat zich dat, vrees ik, langdurig voelen voor reizigers en de bijdragen van ov aan de grote maatschappelijke opgaven van dit moment.”
Reactie ministerie
In een brief die staatssecretaris Heijnen op 16 april aan de Tweede Kamer stuurde, schrijft zij dat verschillende opties vanuit het pakket al worden verkend. "Sommige daarvan voeren we uit, te denken aan nieuwe (goedkope) proposities voor reizigers, mogelijkheden voor tariefdifferentiatie onderzoeken en stevig inzetten op voldoende personeel om te komen tot volwaardige dienstregelingen. Daarbij leveren de gezamenlijke overheden en vervoerders reeds een substantiële bijdrage, zoals de transitievergoeding van het Rijk van 150 miljoen euro en het doorzetten van geplande subsidies."
Verder constateert ze dat de financiële middelen, waar de sector om vraagt, momenteel ontbreken. Ondanks die beperkte financiële ruimte is zij er wel van overtuigd dat het ministerie en de ov-sector manieren kunnen vinden om de kosten te verlagen en de inkomsten te verhogen. "Ik wil mij, samen met de sector, vol inzetten voor voldoende en betaalbaar ov, zoals ik dat in het afgelopen jaar ook heb gedaan. Het ov is van belang voor onze samenleving, voor de bereikbaarheid van Nederland en als duurzame vorm van mobiliteit. We kunnen daarbij niet stil blijven zitten, maar [moeten] samen de schouders eronder blijven zetten om zo goed mogelijk ov voor de reizigers te krijgen."
Meer artikelen met dit thema
Toekomstbeeld OV 2040 krijgt herijking
17 jan 2023Met het Toekomstbeeld OV 2040 is de afgelopen jaren een solide basis gelegd richting toekomst. De doelen staan…
De klantvraag is gewijzigd – nu het ov-product nog
12 jan 2023Bleef tijdens de coronacrisis het ov-niveau nog grotendeels op peil (door extra subsidie vanuit IenW) terwijl…
Nachttrein Groningen - Schiphol 20 januari van start
9 jan 2023Feestvierders uit bijvoorbeeld Zwolle, Assen of Almere die in Amsterdam of Groningen willen stappen en…
Sociale veiligheid vraagt 'voortdurend aan knoppen blijven draaien'
23 dec 2022Sociale (on)veiligheid is een veelkoppig monster dat steeds nieuwe vormen aanneemt per tijdstip, locatie en…
NS: ‘Wij kunnen onderdeel van de oplossing zijn’
20 dec 2022Mobiliteit heeft een maatschappelijke functie, stelt Jacco van der Tak. De NS-directeur Communicatie &…
Klachtenloket ov ondergebracht bij Geschillencommissie
8 dec 2022Vanaf 1 januari 2023 kunnen reizigers die klachten hebben waar ze met het ov bedrijf niet uitkomen, terecht bij…
Ov-ambities kabinet bieden perspectief
25 nov 2022Met de recente MIRT-brief 2022 heeft het kabinet een belangrijk ov-statement afgegeven, schrijft DOVA-directeur…
Grote investeringen in bereikbaarheid Zuid-Holland
15 nov 2022Het Rijk, de Metropoolregio Rotterdam/Den Haag, Provincie Zuid-Holland en de gemeentes Den Haag en Rotterdam…