Niet het ov tússen steden maar bínnen steden moet beter, schrijft onderzoeker Arie Bleijenberg in zijn gistermiddag gepresenteerde boek ‘Nieuwe mobiliteit na het autotijdperk’.
Bleijenberg: Ov ín steden moet beter
In het dagelijks leven is Bleijenberg business director infrastructuur bij kennisinstituut TNO. Eerder was hij adjunct-directeur van milieuonderzoeksbureau CE Delft en hoofd strategie en kennis bij het voormalige ministerie van Verkeer en Waterstaat.
“Het ov profileert zich vooral als duurzaam alternatief voor de auto. Maar beter ov draagt weinig bij aan de sterke vermindering van CO2-uitstoot die nodig is”, zegt Bleijenberg. Schone auto’s helpen veel meer, door strengere uitstootnormen, slimmere belastingprikkels en hogere brandstofaccijnzen. “Subsidies voor openbaar vervoer en elektrische auto’s zijn geen effectief middel om milieuvervuiling te verminderen.”
“Alleen in de grote steden wint het ov terrein, omdat de gemiddelde snelheid van de auto daar laag is”, constateert Bleijenberg. Hij ziet vooral kansen voor ‘mass transit’ (massavervoer met metro en light rail) voor grotere afstanden in dichtbebouwde stadsregio’s. De maatschappelijke meerwaarde van ov ligt dus niet in minder uitstoot van verkeer, maar in betere bereikbaarheid van stadsregio’s. En daarmee het versterken van hun economische kracht.
“Het mobiliteits- en infrastructuurbeleid moet verdere verstedelijking bevorderen. Dat vraagt een koerswijziging van het rijksbeleid, dat vooral is gericht op mobiliteit tussen de steden en hierdoor bijna vanzelf uitkomt op meer autowegen en Intercitytreinen.”
Kortom, niet het ov tússen steden maar bínnen steden moet beter. “De Amsterdamse tram rijdt bijvoorbeeld gemiddeld maar 12 kilometer per uur”, weet Bleijenberg. “Dat stedelingen 10 procent meer tijd aan mobiliteit kwijt zijn dan inwoners van landelijk Nederland, is een aanwijzing dat de vervoervoorzieningen binnen de grote steden achterblijven.”
De groei van het autoverkeer stopt, voorziet hij. Rond 2030 gaat het autokilometrage dalen. Vooral omdat de auto niet sneller wordt. De luchtvaart blijft wél doorgroeien. Het vliegtuig wordt qua kilometers de omvangrijkste vervoerwijze. “Rond het jaar 2050 zullen wij Nederlanders meer kilometers in een vliegtuig zitten dan dat we autorijden.”
oo
‘Nieuwe mobiliteit na het autotijdperk’, Arie Bleijenberg, uitgeverij Eburon, Delft, april 2015, ISBN 978-90-5972-967-4, 76 pagina’s, € 18,00.
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Gok niet, maar bied een vangnet voor #methetov
17 jun 2022Gok niet met het openbaar vervoer en bied een financieel vangnet voor 2023. Dat schrijft een brede coalitie van…
KiM verwacht 99 procent reizigersherstel in 2023
17 jun 2022Op de langere termijn zal het ov-gebruik toenemen, daar zijn het KiM en vervoerders het over eens. Over de…
NS erkent: te weinig personeel voor dienstregeling
12 mei 2022Na een extra beroep op personeelsleden om de geplande treinen te kunnen laten rijden, geeft NS nu toe dat er te…
IenW verlengt coronavergoeding tot eind 2022
14 apr 2022Ov-bedrijven kunnen ook in het laatste kwartaal van 2022 rekenen op financiële steun van het Rijk. Dat heeft…
Dikke voldoendes voor het ov in coronajaar 2021
21 mrt 2022Ook in het coronajaar 2021 waarderen reizigers het Nederlandse openbaar vervoer met een dikke voldoende, dat…
Regering wil Lelylijn en betere ov-ontsluiting nieuwbouw
16 dec 2021Het kabinet Rutte IV presenteerde woensdag 15 december het nieuwe regeerakkoord. Enkele belangrijke punten: de…
Utrecht gaat voor ov-impuls vanaf 2025
16 nov 2021Vanaf eind 2025 wil de provincie Utrecht veel vernieuwingen in het Utrechtse ov doorvoeren, zoals de inzet van…
Ov-gebruik hoger in beloopbare steden
24 sep 2021Helge Hillnhütter, assistent-professor aan de Norwegian University of Science and Technology, vertelt op 7…
Mass transit zetten we binnen in de steden in de toekomst bij voorbaat niet meer op rails !
Dat is verouderde beeldvorming, die niet bijdraagt aan de huidige OV innovaties zoals e-bussen en gekoppeld rijden van dit OV-materieel door deze beperkte openbare ruimte.
Flexibel OV- capaciteit inzetten ("vraaggestuurd") kan enorm helpen besparen op de maatschappelijke middelen als we railoplossingen voorgoed uit de binnensteden weten te bannen. Een sluitende OV begroting in de steden, wie wil dat nou niet ?
Ingediend door Theo Dusseldorp op vr, 24/04/2015 - 13:50
Het is goed om even aan te geven dat als het OV op de oude weg doorgaat het niet alleen irrelevant is voor de mobiliteit, maar ook voor het CO2 dossier.
Gelukkig staan we aan de vooravond van transitie vraagafhankelijk (en dus veel efficienter en beter ) vervoer, als de ineffectiviteit eruit is, is OV en zeker masstransit een aantal malen efficienter dan auto, maar dan moet je wel een groter marktaandeel verwerven als OV. ( www.snelwegbus.com )
Elektrische auto's zijn 20% zuiniger dan vergelijkbare (!!) dieselauto's. (terugwinnen remenergie en hoger rendement elektriciteitscentrale tov automotor) .
Maar meer nog: ik heb nog nooit een dieselauto op groene stroom (CO2 neutraal) zien rijden.
Dat subsidie opgaat aan gratis tesla's voor directeuren en niet besteed wordt aan ontwikkelen van kostenefficiënte conversie naar E-voertuigen (auto, bus en trein) is inderdaad wat weinig effectief. Je kan belastinggeld maar en keer uitgeven.
Tot slot: Het gaat hier over CO2, maar laten we in het echte leven het luchtkwaliteitsverhaal niet vergeten.
Ingediend door Lex boersma op vr, 24/04/2015 - 14:43
Helemaal mee eens! Op zich goed hoor, HOV banen tussen plaatsen, maar ik merk hier in Brabant dat het ten kost gaat van frequent en fijnmazig stadsvervoer.
In mijn woonplaats 's-Hertogenbosch heeft de provincie aardig gesneden in het stadsvervoer. In Eindhoven, dat tot voor kort onder w.b. OV onder SRE viel (en dat veel dichterbij stond dan de provincie!!!), gaat de provincie ook lekker aan de slag. Een impressie is hier te vinden: http://www.ovdepeel.nl/ove/BusBrabantZuidOost2017.pdf
Wel snelle(re) lijnen naar bijv. Nuenen en Valkenswaard, maar delen van de stad zijn dadelijk verstoken van OV. Treurig, terwijl een agglomeratie als Eindhoven prima zelfs trams zou kunnen hebben (kijk naar zelfs kleinere Duitse plaatsen!)
Ingediend door Marc op do, 30/04/2015 - 15:22
OV binnen steden kan en moet veel beter maar ook tussen de steden in een agglomeratie.
Hoe dat in te richten? Laat duizend bloemen bloeien is dan de kreet maar ik kijk liever naar ons omringende Europese buitenland waarin anders dan bij ons evenwichtige vervoerssystemen ontwikkeld en uitgebreid zijn/worden inclusief alle moderne duurzaamheidssnufjes. OV wordt daar op basis van de aloude gegevens van vervoerstromen en lijnennetten geoptimaliseerd. In Nederland gebeurt qua ovvoorzieningenniveau weinig substantieels voor de reiziger. Over structurele uitbreidingen praten we maar niet meer. Natuurlijk is er de digitale vloedgolf van nieuwe media en van creatieve vergezichten. Maar een planmatig structureel verbeteren van het ov zien we niet. Je mag hopen op een stabilisatie. Mijn uitgangspunt zou zijn kies een mix van alle vervoersmodaliteiten passend bij de schaal en grootte van stads- en agglomeratie en zorg voor een structureel optimaal net. Van elke ov-middel zijn mooie voorbeelden. En ja kijk nog eens goed naar aansluitingen en de gewenste snelheid en stem het af op de betreffende stedelijke omgeving.
Ingediend door Ronald van Onselen op wo, 13/05/2015 - 21:56
Het sterke van Arie Bleijenberg is dat hij een lans breekt voor het verbeteren van het OV in de stedelijke omgeving. De techniek discussie zal zeker volgen, maar uitgangspunt m.i. moetzijn een systeem die aansluit bij de wensen van de (toekomstige) gebruiker. Duurzaamheid en betaalbaarheid zijn daarin belangrijke onderdelen. Zie nu meteen de roep om tramsystemen en meteen het kijken naar het buitenland. Daar zie je inderdad dat tramsystemen in kleine plaatsen in Duitsland het erg zwaar hebben terwijl ze daar nagenoeg geen concurentie hebben van de fiets. Dus a.u.b. ga uit van de kracht van de lijnen, verbindingen, het samenhangende net en het voor- en natransport, de techniekkeuze komt echt later op basis van gebruik, kosten, inpasbaarheid et cetera.
Ingediend door Robert Jan Roos op do, 14/05/2015 - 23:01
Reactie toevoegen